26 januari-1: De eerste uren van het nieuwe jaar van de Os

Ook deze truck heeft een eigen altaartje.

Vandaag is het Chinese Nieuwe Jaar van de Os begonnen. Oudejaarsavond werd voor de televisie doorgebracht, waar de staatstelevisie CCTV een grootse Nieuwjaar Galashow uitzond.

Iets voor twaalven sprong de heer des huizes op en riep: "Het is bijna twaalf uur, snel, we moeten alles voorbereiden!" In mijn onnozelheid dacht ik dat hij zich er erg op verheugde vuurwerk af te steken en dat dit moest worden voorbereid. Terwijl iedereen zich uit de kleine woon/slaapkamer naar buiten repte, bleef ik wat verwonderd achter en zag op de televisie hoe de klok naar twaalf uur tikte.

Om twaalf uur precies werd op de binnenplaats van de woning een oorverdovende duizendklapper afgestoken. Ik liep naar buiten en was geheel overrompeld door wat ik zag. Je moet je voorstellen dat het huis waar ik verblijf een traditionele boerenwoning is, ommuurd en met een binnenplaats en aan die binnenplaats langs twee zijden verschillende kamers. De derde zijde is in gebruik als een soort open schuur.

Op die donkere binnenplaats stonden op verschillende plekken kleine altaartjes. Die altaartjes waren heel eenvoudig, gemaakt van een stoel met links en rechts op de zitting rode, brandende kaarsjes en in het midden daarvan in een pot wat geurende wierookstokjes. Bij elk altaartje waren koekjes, fruit en bijzondere gestoomde broodjes neergelegd, bovenop versierd met een bloem van deeg en ingelegd met gedroogd fruit. Gaohua heten die broodjes, gao van 'hoog' omdat ze hoger zijn dan de normale gestoomde broodjes en hua van 'bloem' omdat ze die bloemversiering hebben. Bij een enkel altaartje was een porseleinen god geplaatst.

Die altaartjes stonden op allemaal cruciale plekken. Er was er eentje vlak voor de belangrijkste kamer, die op het zuiden is gelegen. Er stond er een bij een op de binnenplaats gestalde auto, er stond er een bij de opslagplaats. In de kamer op het zuiden was ook een altaar, evenals in een kamertje aan de zijkant. In de keuken was een altaar voor de keukengod, en er was een altaar voor de ingang van het huis. Voor het huis stond bij de vrachtwagen ook nog een altaartje. Allemaal plekken die bescherming van de goden behoeven. De leden van de familie liepen langs alle altaartjes, knielden ervoor en bogen met hun hoofd naar de grond (koutou).

Op straat was het verder doodstil. Geen buren die elkaar een gelukkig Nieuwjaar wensten, geen jongeren die hossend door de straten liepen. Het was heel ingetogen en functioneel, een ritueel dat elke familie rondom zijn eigen huis uitvoerde. Het enige wat je hoorde was het knallen van de duizendklappers op de binnenplaatsen.

www.mingbai.nl/weblog
Meer verhalen uit de weblog
Mingbai op Twitter